vrijdag 23 juli 2010

Kota Kinabalu, Sabah, Maleisië


Mijn vorige bericht eindigde ermee ik met dat ik naar Kuching zou gaan. Nou, dat heb ik gedaan, de katten-stad (Kucing betekent 'kat' in het Maleis), in de stad staan diverse standbeelden van katten, nogal 'cheesy'. Voor hetzelfde geld zou het Spekkoek-city kunnen heten, op de Main Bazaar struikel je over de spekkoekverkopers, de één nog kleuriger dan de andere en dan heb ik het over de spekkoeken. Kuching is een aangename stad aan het water, vooral als de zon onder gaat is het prachtig aan het Waterfront. Mijn eerste prioriteit in Kuching was een bezoek aan het Indonesische consulaat. Ik was er rond een uur of 9 en werd snel geholpen, formulier invullen, met een zwarte pen, ja!!!!, dus weer een formulier invullen... Ook moest er een brief bij aan de consul met het waarom van mijn bezoek aan Indonesië.... Nou ja, je doet het, maar ik vìnd het toch een partij flauwekul! 's Middags om een uur of 4 was het visum klaar, 60 dagen!

Vanuit Kuching ben ik een dag naar Semonggoh Wildlife Rehabilitation Centre geweest, daar worden orang-utans opgevangen die dat nodig hebben. Ze verblijven in een stuk jungle, waar ze vrij zijn, maar omdat dit stuk jungle te klein is worden ze bijgevoederd, Mooie dieren, vooral Ritchie is buitengewoon indrukwekkend, geen gast waar je 'woorden' mee moet krijgen; die slaat je zo met 1 klap een eindje de grond in.

Aan het Waterfront wordt veel georganiseerd, zo is er het Waterfront Music Fest, met muzikanten
uit heel Maleisië, leuk om mee te maken. Er wordt zelfs geapplaudisseerd als je zegt dat je uit Nederland komt.
Met een Deens stel ben ik een paar dagen in Bako National Park geweest; dat is serieus jungle-werk, daar. Een paar mooie wandelingen gemaakt, best pittig, en zelfs gezwommen in de Zuid Chinese zee, heerlijk. Wel vreselijk verbrand die dag, maar goed, ook dat is weer overgegaan.
In dat park zitten ook Proboscis, ofwel neusapen, heel aparte beesten zijn dat. Ik heb me laten vertellen dat ze door de plaatselijke bevolking in eerste instantie 'Dutchmen' werden genoemd, vanwege de grote neuzen en de dikke buiken.

Ik verblijf daarna nog een paar nachten in Kuching, waaronder de nacht van de finale Nederland- Spanje; ik slaap die nacht heel weinig. Ik slaap dan overigens op een dorm waar ook een Zwitsers- Spaanse meneer verblijft. Ik moet hem feliciteren en hem volmondig gelijk geven dat De Jong een rode kaart had moeten krijgen. Het is niet anders.

De dag erop ben ik naar Bintulu gevlogen, dat ligt ook in Sarawak, aan de kust. Een beetje een nikserig plaatsje en ik was er 1 van de weinige buitenlanders.
Vrij snel daarna ben ik naar Miri gevlogen. Vanuit Miri heb ik het Lambir National Park bezocht, weer een prachtig park met veel trails. Ik heb er 1 gedaan. Helaas moest ik die voortijdig afbreken omdat ik, ondanks de Deet, werd gebeten door iets, 2 keer. Tien minuten later begon mijn gezicht op te zwellen en had ik jeuk over mijn hele lijf, Ik voelde ook een enorme vermoeidheid over me komen. Ik heb rechtsomkeert gemaakt en ben naar de ingang van het park teruggegaan, met pijn en moeite, heel veel gerust, tussendoor. Er was daar geen dokter. Naar Miri terug gelift en mrs. Lee van het hotel heeft me naar een kliniek gebracht, waar ik een anti-histamine prik heb gekregen en een rits pillen. Het heeft een paar dagen geduurd voordat ik me weer helemaal oké voelde.

Daarna ben ik naar Brunei gegaan, per auto, ik kon meerijden met iemand.
Tsja, Brunei, Het is een klein sultanaat, ongeveer een zevende van de oppervlakte van Nederland, en met slechts 400.000 inwoners is er nog wel wat ruimte over. Het is een relatief rijk landje, veel Lexussen, BMW's en Jaguars en dergelijke zie je er, ik zag ook een keer een Rolls Royce voorbij schuiven. Benzine is goedkoop, iets van 20 eurocent per liter en de bewoners betalen geen inkomstenbelasting, niet slecht.
De sultan was op 15 juli jarig en de straten hingen toen ik aankwam, dat was, geloof ik, 17 juli nog vol met afbeeldingen van hem, en veel vlaggen en vaandels met daarop teksten waarin hij de hemel wordt ingeprezen. Er is in Bandar Seri Begawan, de hoofdstad van Brunei, kortweg BSB, een museum gewijd aan hem, het Royal Regalia Museum, indertijd door de baas zelf geopend en toen ik daar rondliep bekroop mij een gevoel van onbehagen, het was haast exhibitionistisch, zoveel pracht en praal. Helaas is foto's maken er verboden. Zo staat er de volledige koets waarin hij BSB rond is gereden toen hij tot sultan werd benoemd, met alle wachten en volledige gevolg en alle kostuums en wapens die daar kennelijk bij hoorden, en nog zo een monstrueus ding vanwege zijn 25 -jarig jubileum. Dit museum en alles wat je buiten van deze man ziet; hij kijkt je ook aan vanaf al het geld, munten en bankbiljetten, is gewoon persoonsverheerlijking. Dat beeld wordt nog eens versterkt door een filmpje op tv dat met regelmaat wordt uitgezonden met daarin allerlei sepia-beelden van de sultan, met een vreselijk zoetsappig muziekje eronder. Ik heb dat gevoel eerder gehad in Iran, met de mannen Khomeiny en Khamenei. Er staat in BSB trouwens wel een héél mooie moskee, de Masjid Omar Ali Saifuddien, daarvan zie je links boven een foto. Goed, genoeg over Brunei.

Op 21 juli ben ik naar Kota Kinabalu gevlogen, dat was het snelste, een klein half uur. Met de bus/auto is het 6 uur en met een combi van boten is het een uur of 8...
KK is de grootste stad van Sabah en tamelijk toeristisch. Ik vlieg morgen (24 juli) naar Singapore en blijf daar 1 nacht en vlieg dan de 25ste door naar Jakarta. daar komt op 27 juli Liesbet ook aan en in augustus hoop ik mijn zussen Hennie en Ineke (ergens) in Indonesië te ontmoeten.

zaterdag 3 juli 2010

Singapore


Ik ben in Maleisië nog een aantal dagen in Georgetown, Penang, gebleven en heb onder andere een rondrit op een motor gemaakt over het eiland. Ik heb de Kek Lok Si Temple bezocht. Echt een enorm complex en erg mooi, zo staat er een bronzen beeld van Kuan Yin, de godin van genade, 36,5 meter hoog. In deze tempel kun je makkelijk een paar uur ronddwalen zonder je te vervelen... Het beeld en de tempel kijken uit over Georgetown, het is een gigantisch ding.
Een paar keer regende het verschrikkelijk en dat kan zomaar een paar uur duren, ik het een soort cape gekocht, mijn regenjas lag natuurlijk in het hotel....

Op 24 juni ben ik met de bus naar Melaka gegaan, dat ligt ook aan de westkust. Melaka is, net als overigens een groot deel van Georgetown opgenomen op de werelderfgoederenlijst van Unesco, en dat zie je dan ook overal vemeld.
Maar goed, het is ook een mooi plaatsje, aardig wat Nederlandse historie, er is een gebouw, nu een museum, dat 'Stadthuys' heet, toen het onderkomen van de gouverneur, tot en met een Dutch graveyard en grafstenen in het Nederlands, afkomstig uit een Portugees fort. De VOC had hier een handelspost en daarnaast heeft Nederland hier een tijd de macht gehad.
Mijn vader heeft het ook wel eens over Melaka gehad, dat hij daar geweest is vanuit of op weg naar Indonesië. Ik weet niet of hij toen de stad bedoelde of dat deel van Maleisië, dat op oude kaarten ook 'Malacca' wordt genoemd. Hoe het ook zij, ik ervaar het als heel bijzonder hier te zijn waar misschien mijn vader ook wel heeft rondgelopen.
Ik zit er in een hotel midden in Chinatown en men spreekt hier bijna geen Engels, zeker de oudere mensen niet, die hebben genoeg aan Chinees. Je struikelt er over de tempels en je ruikt vaak wierook; dat heeft wel wat. Heel veel huizen hebben een eigen minitempeltje tegen de gevel aan zitten. Ik waan me vaak in China.

De moskee's hier (te Melaka, bedoel ik dan) zien er totaal anders uit dan ik 'gewend' ben, een heel aparte bouw.

Ik was in eerste instantie ook nog van plan naar Kuala Lumpur te gaan. Met de bus op weg kwam ik er al doorheen. Het is een enorme stad, en omdat ik toch al naar Singapore zou gaan, wat natuurlijk niet hetzelfde is, besloot ik niet heen te gaan. Komt misschien een andere keer wel.

Op dinsdag 29 juni ben ik met de bus naar Singapore gereisd. Met een taxi naar Melaka Sentral gegaan. Bus vertrok iets na 10.00 uur en ik was in Lavender street (Singapore) rond half 4, na alle grensformaliteiten. Eerst uitklokken in Maleisië (Hij, bladerend door mijn paspoort: meneer, waar is uw uitreis kaart? Ik: geen idee, nooit gehad/gekregen. Hij: weet u dat zeker? Ik: ja, echt wel, ik heb zo'n ding echt nooit gehad. Hij: nou ja, volgende keer wel doen, hoor. Ik: ja, hoor, doe ik.) en natuurlijk weer inklokken in Singapore, (ja, hoor, mèt een inreiskaart) Ik mag volgens het stempel in mijn paspoort 90 dagen in Singapore zijn. Iets zegt me dat ik dat niet ga doen!

In Singapore logeer ik in de Prince of Wales, een Australische backpackers pub. Zie eventueel: http://www.pow.com.sg/
Midden in Little India. Gisteravond met de wedstrijd van Nederland tegen Brazilië zat de pub beneden afgeladen vol. Er waren niet erg veel Nederlanders, maar wel heel veel mensen die voor Brazilië waren, daar staat tegenover dat er ook een Singaporees was met een orjanje shirt aan met de Nederlandse vlag er op. Hulde! Erg genoten van de wedstrijd, de sfeer in de pub was ook gewéldig!

Ik vind Singapore een mooie stad; veel mooie oude Engelse architectuur en natuurlijk het vermaarde Hotel Raffles, maar ook heel veel moderne. Je kunt hier helemaal los aan de shoppingmalls, zowat elke straat heeft er wel 1. In vergelijking met de rest van Azië is het hier wel een stuk duurder.
Vandaag ben ik nog even de stad in gegaan en richting Marina Bay gelopen. Daar heeft men een gebouw neergezet, het Marina Bay Sands, een hotel met een hoog in-your-face!-gehalte, zo groot is het...
Loop ik lekker een beetje te kuieren over één van de avenues, komt er opeens een enorme tank de hoek om zeilen, niet 1 maar tientallen! Gevolgd door allerlei andere militaire vervoermiddelen. Bleek ik in de rehearsals van de National Day Parade terecht te zijn gekomen. Die vindt plaats ergens in augustus, maar elk weekend zijn ze daar nu voor aan het oefenen.

Morgen (4 juli) vlieg ik naar Kuching, Sarawak, Maleisisch Borneo. Het eerste dat ik daar maandag ga doen is naar het Indonesische consulaat. Ik was deze week bij de ambassade in Singapore, alles netjes ingeleverd toen die mevrouw zei, nou, dan kunt u uw visum ophalen op maandag, maar ja, ik vlieg op zondag, toen bleek gelukkig dat er ook een consulaat in Kuching is...